Het probioticum ‘beweging’ bij MetS

11 Aug, 2017

Door: Fleur Kortekaas

Beweging is hét medicijn voor patiënten met MetS. Door voldoende milde tot matige beweging vallen mensen af en worden cellen gevoeliger voor insuline. Maar beweging heeft ook indirect effect op MetS. Bij MetS is sprake van een disbalans in het darmmicrobioom, die gepaard gaat met een matige conditie van de darm en haar slijmvliezen. Dit werkt overgewicht en insulineresistentie verder in de hand. Beweging echter kan de darmgezondheid verbeteren. Het versterkt de darmflora op vergelijkbare wijze als een probioticum.1

Een disbalans in het darmmicrobioom draagt bij aan de ontwikkeling van chronische ziekten zoals overgewicht, diabetes type 2, chronische darmziekten en kanker. Men denkt dat de verwesterlijking van onze maatschappij, een toename in hygiëne, veranderingen van voedingspatroon, een afname van fysieke activiteit en een toename in antibioticagebruik bijdragen aan deze veranderingen in het darmmicrobioom.

Om specifieker te zijn: de toegenomen verhouding van twee belangrijke stammen (Firmicuten : Bacteriodeten) valt samen met overgewicht. In dierproefstudies werd deze relatie ook aangetroffen. Bacterievrije muizen zijn insulinegevoelig totdat ze een fecale transplantatie krijgen van een obese donor. Dan worden ze plots insulineresistent. Het omgekeerde is bovendien waargenomen bij mensen toen insulineresistente individuen een fecale transplantatie ontvingen van gezonde donoren. Zij werden binnen zes weken weer insulinegevoelig. Deze bevindingen suggereren dat darmmicroben als een virulentiefactor werken en insulineresistentie en obesitas aanjagen. Virulentiefactoren zijn hierbij stoffen afgescheiden door micro-organismen die ervoor zorgen dat het micro-organisme ziekteverwekkend wordt voor de mens.

Lees het gehele artikel vanaf pagina 24 in OrthoFyto 4/17 Wilt u het hele artikel als PDF ontvangen? Bestel het dan hier voor € 3,50 Bronvermelding:
  1. Campbell SC, Wisniewski PJ. Exercise is a Novel Promoter of Intestinal Health and Microbial Diversity. Exerc Sport Sci Rev . 2017 Jan ;45(1):41–7.
  2. Lam YY, Mitchell AJ, Holmes AJ, Denyer GS, Gummesson A, Caterson ID, et al. Role of the gut in visceral fat inflammation and metabolic disorders. Obesity (Silver Spring). 2011 Nov 1.19(11):2113–20.
  3. Cani PD, Delzenne NM. Involvement of the gut microbiota in the development of low grade inflammation associated with obesity: focus on this neglected partner. Acta Gastroenterol Belg . ;73(2):267–9.
  4. Chu H, Khosravi A, Kusumawardhani IP, Kwon AHK, Vasconcelos AC, Cunha LD, et al. Gene-microbiota interactions contribute to the pathogenesis of inflammatory bowel disease. Science. American Association for the Advancement of Science; 2016 May 27 ;352(6289):1116–20.
  5. O’Sullivan O, Cronin O, Clarke SF, Murphy EF, Molloy MG, Shanahan F, et al. Exercise and the microbiota. Gut Microbes . 2015 Mar 4 ;6(2):131–6.

is natuurgeneeskundige en klinisch epidemioloog. Ze is als (freelance) auteur, docent en onderzoeker gespecialiseerd in het vakgebied van de complementaire, alternatieve en functionele geneeskunde. In haar werk staan kennisoverdracht en kennisontwikkeling in deze geneeswijzen centraal. Zij levert wetenschappelijke informatiediensten binnen het werkveld.

Laat een reactie achter