Vitamine D-tekort en het risico op Covid-19

03 Nov, 2020

Door: Armelle Demmers en Fleur Kortekaas

Mensen met een tekort aan vitamine D lopen een groter risico op een besmetting met het nieuwe coronavirus dan mensen met adequate niveaus. Verschillende studies wijzen in deze richting. Omdat vitamine D de aangeboren immuniteit versterkt, zou men verwachten dat het de Covid-19-infectie en -transmissie vermindert. Vitamine D bevordert indirect ook het zinkmetabolisme, dat de replicatie van coronavirussen remt.

Een onlangs gepubliceerde, retrospectieve studie in JAMA Network Open heeft veel publiciteit gekregen. Mensen met een onbehandeld vitamine D-tekort bleken bijna twee keer zoveel kans te hebben om positief te testen op SARS-Cov-2 als hun leeftijdgenoten met een adequaat vitamine D-gehalte.1 ‘Deze bevinding lijkt de rol te steunen van de vitamine D-status op het risico om Covid-19 te ontwikkelen’, zeggen de auteurs in de studie. Meltzer en collega’s bestudeerden 489 patiënten, waarvan 75% vrouwen, met een gemiddelde leeftijd van 49 jaar. Van hen werden de vitamine D-niveaus bepaald in een jaar voordat ze werden getest op Covid-19. Vitamine D-deficiëntie werd gedefinieerd als < 50nmol/L 25-hydroxycholecalciferol of < 43.2 pmol/L 1,25-dihydroxycholecalciferol.

Van het cohort hadden 71 participanten (15%) een positieve uitslag op de test. In een multivariate analyse was een positieve Covid-19-test significant waarschijnlijker (1.77 keer) bij vitamine D-deficiënte deelnemers dan bij degenen met voldoende vitamine D-waarden. Het relatieve risico [RR] was 1,77; 95% CI, 1,12 – 2,81; P = .02. Het gemiddelde percentage Covid-19 in de deficiënte groep was 21,6% tegen 12,2% in de D-adequate groep.
De bevindingen brengen ook de mogelijkheid met zich mee dat de behandeling van een vitamine D-deficiëntie het risico op Covid-19 kan verlagen, aldus de onderzoekers. Patiënten met een aanvankelijk tekort aan vitamine D die hun vitamine D hadden aangevuld, bleken geen verhoogd risico op Covid-19 te hebben.

De relatie tussen een vitamine D-tekort en een verhoogde kans op Covid-19 is in meerdere studies gevonden. Een recente studie uit Israël heeft als uitkomst dat lage niveaus – onder de 75 nmol/L – van plasma-vitamine-D een onafhankelijke risicofactor zijn voor Covid-19-infectie en ziekenhuisopname.2 In de groep die positief was voor Covid-19 had men vijftig procent meer kans op óók een tekort aan vitamine D dan in de groep die negatief testte.

De prevalentie van een vitamine D-tekort in Nederland is hoog, met name onder ouderen. Bijna 60% van de Nederlanders heeft in de winter een tekort (vitamine D-gehalte < 50 nmol/l) en bijna 30% een ernstige vitamine D-deficiëntie (< 30 nmol/l). In dezelfde studie had van de vrouwen boven de 70 jaar zelfs 55,1% in de zomer nog een vitamine D-deficiëntie en 25,4% een ernstige deficiëntie.3 Voor België zijn weinig gegevens beschikbaar over serum 25-(OH)-D-concentraties.

Vitamine D lijkt niet alleen – enigszins – te beschermen tegen besmetting met SARS-CoV-2, maar een aantal studies wijst uit dat ook het ziekteverloop minder ernstig is bij adequate niveaus D.
De Groningse biomedisch natuurkundige Reindert Graaff stelde onlangs in het Parool (21 september 2020): ‘Studies tonen aan dat mensen met een vitamine D-tekort ernstiger ziek worden van corona.’ Hij wijst op onderzoek uit het Duitse Heidelberg, waaruit bleek dat coronapatiënten met een vitamine D-tekort vijf keer vaker aan de beademing kwamen dan patiënten met een adequaat niveau, en er overleden vijftien keer zo veel van hen.4

Spaans onderzoek leidde tot de conclusie dat coronapatiënten die vitamine D toegediend kregen significant minder vaak op de IC belandden.5 In deze studie van Castillo et al. kregen 76 gehospitaliseerde, ernstig zieke Covid-19-patiënten een standaardbehandeling met een combinatie van hydroxychloroquine plus azithromycine. Vijftig patiënten kregen op de dag van opname een metaboliet van vitamine D (calcifediol, 25-hydroxyvitamine D 0.532 mg) oraal toegediend. De patiënten in die vitamine D-groep kregen bovendien 0.266 mg op dag 3 en 7, en dan wekelijks tot ontslag van IC. Beoordeeld werd of het aantal sterfgevallen en het aantal opnamen op de IC af zouden nemen.
Van de 26 deelnemers uit de controlegroep zijn er 13 (50%) opgenomen op de IC. Hiervan is er één overleden; in de vitamine D-groep is één patiënt (2%) opgenomen op de IC en hersteld.

Een derde studie werd in Iran uitgevoerd onder leiding van Magbhooli. Op basis van Centre for Disease Control-criteria had 74% van de patiënten (n=235) in zijn studie een ernstige Covid-19-infectie en had 32,8% van de patiënten voldoende vitamine D. Er werd gecorrigeerd voor confounders: factoren die ook invloed hebben op uitkomstvariabelen van het onderzoek. Vervolgens bleek uit de analyse een significant verband tussen adequaat vitamine D en vermindering van de klinische ernst van de Covid-19-infectie, de serumspiegels van C-reactief eiwit (CRP) en een toename van het lymfocytenpercentage. ‘Slechts’ 9,7% van de patiënten ouder dan 40 jaar die voldoende vitamine D hadden, bezweken aan de infectie, tegenover 20% die een circulerend niveau van 25(OH)D< 75nmol/L hadden.

Werking van vitamine D op het immuunsysteem. IL = interleukine; TNF = tumor necrosis factor; IFN = interferon; Th = T-helper; 7-DHC = 7-dehydrocholesterol; PGE2 = prostaglandine E2.8

De significante vermindering van het serum CRP, een ontstekingsmarker, samen met het verhoogde lymfocytenpercentage suggereren dat een adequate vitamine D-spiegel ook kan helpen bij het moduleren van de immuunrespons. Mogelijk door het verminderen van het risico op een cytokinestorm in reactie op deze virale infectie.6

Nu de donkere dagen naderen, is het volgens biomedicus Graaff voor groepen die weinig vitamine D binnenkrijgen extra belangrijk supplementen te slikken. Dat zijn bijvoorbeeld ouderen en mensen met een donkere huidskleur. Vitamine D is goedkoop, over het algemeen zeer veilig om te nemen, en kan op grote schaal worden ingezet. Het is een middel van groot internationaal belang.

Niet iedereen is al zo ver. Het Nederlandse RIVM heeft geen standpunt over vitamine D en heeft eerder in de media laten weten dat ze ‘niet actief bezig zijn met vitamine D in relatie tot Covid-19’. En volgens het Nederlandse Voedingscentrum is onvoldoende aangetoond dat extra vitamine D slikken het risico op infectie met het coronavirus vermindert.

Bronvermelding:
  1. Meltzer DO, Best TJ, Zhang H, Vokes T, Arora V, Solway J. Association of Vitamin D Status and Other Clinical Characteristics With COVID-19 Test Results. JAMA Netw open. 2020 Sep 1 9];3(9):e2019722.
  2. Merzon E, Tworowski D, Gorohovski A, Vinker S, Golan Cohen A, Green I, et al. Low plasma 25(OH) vitamin D level is associated with increased risk of COVID‐19 infection: an Israeli population‐based study. FEBS J. 2020 Sep 28 [cited 2020 Oct 9];287(17):3693–702.
  3. Leandra JM, Boonman-de Winter A, Albersen A. Hoge prevalentie van vitamine D-deficiëntie in Zuidwest-Nederland. Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 21-04-2015
  4. Radujkovic A, Hippchen T, Tiwari-Heckler S, Dreher S, Boxberger M, Merle U. Vitamin D deficiency and outcome of COVID-19 patients. Nutrients. 2020 ;12(9):1–13.
  5. Entrenas Castillo M, Entrenas Costa LM, Vaquero Barrios JM, Alcalá Díaz JF, López Miranda J, Bouillon R, et al. Effect of calcifediol treatment and best available therapy versus best available therapy on intensive care unit admission and mortality among patients hospitalized for COVID-19: A pilot randomized clinical study. J Steroid Biochem Mol Biol. 2020 Oct 1 ;203.
  6. Maghbooli Z, Sahraian MA, Ebrahimi M, Pazoki M, Kafan S, Tabriz HM, et al. Vitamin D sufficiency, a serum 25-hydroxyvitamin D at least 30 ng/mL reduced risk for adverse clinical outcomes in patients with COVID-19 infection. PLoS One. 2020 Sep 25;15(9):e0239799.
  7. Smits E, Virale luchtweginfecties en suppletie. OrthoFyto 3 mei 2020 pagina 34-37
  8. Shakoor H, Feehan J, Ayesha S, Stojanovskaa L. Immune-boosting role of vitamins D, C, E, zinc, selenium and omega-3 fatty acids: Could they help against COVID-19? Published online 2020 Aug 9 Maturitas. 2021 Jan; 143: 1–9.

is natuurgeneeskundige en klinisch epidemioloog. Ze is als (freelance) auteur, docent en onderzoeker gespecialiseerd in het vakgebied van de complementaire, alternatieve en functionele geneeskunde. In haar werk staan kennisoverdracht en kennisontwikkeling in deze geneeswijzen centraal. Zij levert wetenschappelijke informatiediensten binnen het werkveld.

Laat een reactie achter